-
Een verhaal van twee katjes
-
Hé Babbit! Babbit! O, Babbit! Stop er mee! Ik wil niet, zeg ik je.
-
O, het is niet moeilijk.
-
Ik wil het niet. Ik doe het niet. Ik kan het niet.
-
Wacht eens even. Wacht even.
-
Ik doe niet mee.
-
Luister. Je wil eten, toch?
-
Ja Babbit, ik wil eten. Ik hou van eten.
-
Wel dan, ga naar boven en haal de vogel uit dat nest, en we eten.
-
Maar ik wil geen vogel pijn doen.
-
Ik hou van vogels. Ik lijd nog liever honger.
-
Wat scheelt er, angsthaas? Het is maar een klein vogeltje.
-
Bedoel je een arm klein, pietepeuterig, ietsie pietsie weerloos vogeltje?
-
Ja!
-
Ik neem hem te grazen! Ik neem hem te grazen!
-
Ik pak hem Babbit! Uit de weg! Ik scheur hem in reepjes. Laat me door.
-
Rustig! Rustig!
-
Ik laat hem wat zien. Wat denkt hij wel?
-
Hou me niet tegen. Ik pak hem. Ik laat hem wat zien.
-
Komaan, stop met knoeien. Klim op die ladder.
-
Niet duwen, Babbit. Niet duwen. Ik durf niet zo hoog.
-
Ik heb hoogtrofobie.
-
Niet duwen.
-
Je kan me niet dwingen. Je kan me niet dwingen.
-
Hij kande het.
-
Komaan domoor. Pak de vogel.
-
Vogel mij! Vogel mij!
-
Als de filmcensuur het zou toelaten, zou ik hem eens duchtig vogelen. [fluit]
-
Brrr!!!
-
Babbit! Babbit! Wooh! Babbit!
-
Hé, Babbit! Kijk! Stelten! [fluit]
-
Help! Help! Babbit! Hier ga ik weer!
-
Vang me op! Help! Hé, ik ben te jong om te sterven.
-
Help! Red me! Help!
-
Hé, hoe kom jij hier boven?
-
Zeg Babbit, ben je zeker dat dit goed gaat aflopen?
-
Tuurlijk, tuurlijk. Alles is onder controle.
-
Duw me niet in de doos, Babbit.
-
Doe het alsjeblieft niet. Doe het niet.
-
Hé Babbit! O Babbit! Babbit!
-
Wat nu weer?
-
Ik ben bang in het donker.
-
Dan laten we je er toch uit.
-
Ik dacht dat ik een poefje zag.
-
Het if zo. Ik zag een poefje.
-
Och arm poefje. Hij ftoot zijn hoofdje.
-
Verdorie Babbit, ik bak er niets van.
-
O, het zat je niet mee.
-
Ik ben een slappeling. Ik kan zelfs geen vogel vangen.
-
Maak je geen zorgen. Je krijgt hem wel.
-
Bedoel je dat ik hem uiteindelijk wel zal krijgen?
-
Ja. Je moet gewoon even knallen.
-
Wel, dat is een grote opluchting.
-
Hé, stop ermee. Stop ermee, duif. Doe dat niet.
-
Dit vark'n ging naar de markt.
-
Babbit!
-
Dit vark'n bleef thuis.
-
Babbit!
-
Dit vark'n at rosbief.
-
Babbit!
-
Wat krijgen we nu? Geen vark'ns meer.
-
Babbit! Babbit!
-
Hier, poefje.
-
Oef!!!
-
Ik red je! Waar ben je? Zeg iets! Zeg iets!
-
[fluit]
-
Komaan. Stop met sukkelen. Wat mankeer je? Ben je niet beschaamd?
-
Ik weet het niet.
-
Waarom doe je zoiets?
-
Ik ben een slechte kat.
-
O, ik kan de vogel maar niet pakken. 't Heeft geen zin.
-
Maak je geen zorgen.
-
Ik kan het niet.
-
Dit krijgt je wel omhoog.
-
Contact.
-
Contact.
-
Contact.
-
Contact.
-
Contact.
-
Contact.
-
Hé Babbit! Ik ben een Spitfire!
-
[fluit]
-
Hallo, Vierde Commando Luchtverdediging?
-
Ik zie een niet-geïdentificeerd voorwerp rond mijn hoofdje vliegen.
-
Is er een verzekeringsmakelaar in de zaal?
-
Luchtaanvallen! Lichten uit! Totale verduiftering!
-
Ophouden, poefjef. Ophouden!
-
Luchtaanvallen! Lichten uit! Totale verduiftering!
-
Hé, dit is onze kans. Komaan.
-
DOE DIE LICHTEN UIT!!!